Op hoeveel wettelijke vakantiedagen heb ik recht?

Minimumaantal vakantiedagen

Het is simpel. Als je werkt, heb je recht op vakantiedagen. Hoe meer je werkt in een jaar, hoe meer vakantiedagen je opbouwt voor het jaar erna. Je bouwt je vakantiedagen op in het jaar waarin je werkt – dat noemen we het vakantiedienstjaar. Die dagen neem je dan op in het jaar nadien, wat het vakantiejaar wordt genoemd.

Het wettelijk minimumaantal vakantiedagen wordt als volgt bepaald:

1. Heb je een volledig jaar in een klassieke 5-dagen werkweek gewerkt? Dan heb je recht op 20 vakantiedagen.
2. Werk je voltijds in een 6-dagen werkweek? Dan heb je recht op 24 vakantiedagen.
3. Werk je deeltijds of heb je niet het volledige jaar gewerkt? Dan bouw je vakantiedagen op in verhouding tot wat je presteerde.

 

Bijvoorbeeld: werk je 4/5de in een 5-dagenweek? Dan heb je recht op 16 vakantiedagen (4/5 van 20 vakantiedagen).

Goed om te weten: naast vakantiedagen heb je uiteraard ook nog recht op de wettelijke feestdagen. Nog 10 extra dagen extra erbij. Ook mooi meegenomen.

 

Vakantiedagen per statuut

Niet iedereen zit in dezelfde situatie. Daarom kunnen het aantal wettelijke verlofdagen verschillen, afhankelijk van je statuut. Hieronder leggen we je alles duidelijk uit.

 

Vakantiedagen als arbeider

Werk je als arbeider? Dan hangt je aantal vakantiedagen af van hoeveel je werkte in het vorige jaar én van bepaalde dagen waarop je niet werkte, maar die toch meetellen. Denk bijvoorbeeld aan ziektedagen of moederschapsverlof. Dat noemen we gelijkgestelde dagen.

Hoeveel vakantiedagen je precies opbouwt, hangt ook af van je werkstelsel. Wil je het exact weten? Op de site van de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie vind je een handige tabel die toont hoeveel vakantiedagen je krijgt per gewerkte dag.

 

Vakantiedagen als bediende

Werk je voltijds als bediende in een 5-dagenweek? Dan heb je recht op 20 wettelijke vakantiedagen als je een volledig jaar werkte.

Vakantiedagen worden steeds berekend volgens een 6-dagenstelsel. Dat komt neer op 2 vakantiedagen per gewerkte maand, oftewel 24 dagen op jaarbasis. Als je 5 dagen per week werkt, wordt dat omgezet naar 20 effectieve verlofdagen (5/6de van 24 vakantiedagen).

Werkte je minder dan een jaar? Dan bouw je je vakantiedagen op per maand dat je werkte.

 

Vakantiedagen als uitzendmedewerker

Of je nu vast werkt of via uitzend: je hebt sowieso recht op vakantiedagen. Net zoals bij vaste medewerkers hangt het aantal dagen af van hoeveel je werkte in het jaar ervoor.

Ben je arbeider? Dan krijg je je vakantiegeld via de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie (RJV). Ben je bediende? Dan betaalt je uitzendkantoor het vakantiegeld uit. In onze blog over vakantiegeld lees je hoe vakantiegeld wordt berekend en wanneer het wordt uitbetaald.

 

Vakantiedagen als flexi

Werk je in een flexi-job? Dan heb je ook recht op vakantie, al werkt het een beetje anders dan bij een gewone job.

Je bouwt je vakantiedagen op bij je flexi-werkgever en moet ze ook daar opnemen. Je vakantiegeld krijg je niet apart uitbetaald, want dat zit al verwerkt in je loon (7,67%).

 

Vakantiedagen als student

Werk je als jobstudent? Dan bouw je geen betaalde vakantiedagen op, omdat je geen volledige sociale bijdragen betaalt.

Ben je net afgestudeerd en start je met je eerste job? Dan kan je misschien gebruikmaken van jeugdvakantie. Daarmee kan je tot vier weken vakantie nemen in het jaar na je studies, ook al heb je nog niet genoeg vakantierechten opgebouwd.

Let wel: de uitkering voor jeugdvakantie bedraagt maar 65% van je brutoloon, berekend op de eerste maand waarin je jeugdvakantie opneemt. Lees hier de voorwaarden.

 

Wat als je niet genoeg vakantiedagen hebt opgebouwd?

Heb je vorig jaar te weinig vakantiedagen opgebouwd door werkloosheid, ziekte of omdat je pas gestart bent met werken? Dan kom je mogelijk in aanmerking voor aanvullende vakantie, ook wel Europese vakantie genoemd.

Je kan tot 4 weken betaalde vakantie opnemen. Het vakantiegeld dat je daarvoor krijgt, geldt als een voorschot op je dubbel vakantiegeld van volgend jaar. De voorwaarden lees je in deze blog.

 

Wat als je ziek bent?

Word je ziek tijdens je vakantie? Dan verlies je die dagen niet zomaar. Ga langs bij een dokter, verwittig je werkgever meteen en zorg dat je een doktersbriefje kan voorleggen. Zo worden je ziektedagen niet als vakantiedagen gerekend, en kan je die vakantie later nog opnemen.

 

Kan je wettelijke vakantiedagen overdragen?

In principe moet je je wettelijke vakantiedagen opnemen vóór 31 december van het vakantiejaar. Doe je dat niet, dan ben je ze kwijt.

Sinds 2024 kan je in sommige gevallen je vakantiedagen wel meenemen naar de volgende twee jaar. Dat mag alleen als je door overmacht geen vakantie kon nemen:

• Arbeidsongeval of beroepsziekte
• Privé-ongeval of ziekte
• Moederschapsrust
• Geboorteverlof
• Adoptieverlof
• Pleegzorgverlof
• Profylactisch verlof (bij contact met een besmettelijke ziekte)

 

Let op: dit is geen vrije keuze. Alleen als je écht niet anders kon, mag je vakantie uitstellen. Plan dus slim en wacht niet tot het laatste moment.

 

Klaar voor vakantie?

Hoeveel wettelijk verlof je krijgt, hangt af van je situatie en je prestaties in het jaar ervoor. Maar één ding is zeker: als je werkt, heb je recht op vakantie. En da’s verdiend.

En wat met je vakantiegeld? Net als vakantiedagen heb je ook recht op vakantiegeld. Hetzelfde principe is hier van toepassing. Jouw werksituatie in het vakantiedienstjaar bepaalt hoeveel vakantiegeld je ontvangt.

 

Meer weten?

Vragen over jouw vakantiedagen als uitzendmedewerker? Neem contact op met jouw dichtstbijzijnde kantoor. Nog op zoek naar een job die bij je past? Bekijk hier onze vacatures.